Gildes en systeemplanten
Een plantgilde is een groep van planten die elkaar helpen om weerbaarder te zijn of beter te groeien.
In de natuur helpen sommige planten elkaar. Soms helpt de één de ander in één richting, maar vaak hebben beide soorten baat bij elkaars gezelschap. Een dergelijke groep van plantsoorten noemen we een “gilde". Het is een veel gebruikt principe in de permacultuur, welke zich richt op het harmonisch evenwicht tussen mens en natuur.
Gildes beïnvloeden elkaar op gunstige wijze, waardoor ze samen beter in staat zijn zichzelf in stand te houden en er minder werk nodig is voor onderhoud. Voor de ideale gilde heb je diverse types planten die de volgende functies vervullen:
stikstofbindende planten
dynamische accumulators
insecten- en bijenplanten
mulchplanten
plaagwerende planten
Stikstofbindende planten
Dit zijn planten die in symbiose leven met bepaalde bodembacteriën. De bacteriën leven op de wortelknolletjes van de stikstofbinders en ruilen daar stikstof in voor suikers.
Voorbeelden van stikstofbindende planten zijn de lupine, luzerne, alle peulgewassen, duindoorn, olijfwilg en dergelijke meer.
Zoals steeds proberen we in de permacultuur zoveel mogelijk functies te combineren. Dit geldt ook voor bovengenoemde stikstofbinders. Zo kan kan de luzerne dienen als veevoer, is het een bijenplant en kan hij tot wel 10 meter diep wortelen om verdichte bodems weer open te breken. Olijfwilg en duindoorn geven lekkere besjes waarvan de duindoornbesjes ware vitame-c bommetjes zijn. Van de lupine kunnen de boontjes geoogst en gegeten worden, ideale vleesvervanger!
Dynamische accumulators
Dynamische accumulators zijn planten die uit diepere lagen voedingsstoffen kunnen ophalen door hun diepe penwortels. Voorbeelden hiervan zijn de smeerwortel, paardenbloem, dille, amarant, boomspinazie, weegbree en alsem.
Dynamische acummulatorplanten vervullen wederom verschillende functies naast het feit dat ze voedingsstoffen beschikbaar maken voor de centrale boom in de gilde. Zo zijn de smeerwortel, de paardenbloem en de dille allen prima bijenplanten, is de boomspinazie een heerlijk makkelijke reguliere spinazie-vervanger omdat hij veel droogteresistenter is en bovendien zichzelf vrolijk uitzaait. De weegbree en de alsem zijn dan weer vooral nuttig voor medicinale doeleinden.
Insecten- en bijenplanten
Zoals bij de accumulators en de stikstofbinders reeds gezegd vervullen vele planten dikwijls verschillende functies, wanneer je hiervan een divers assortimentje aanplant zul je waarschijnlijk sowieso al nectarvoorziening voor de bijen hebben als bijkomend voordeel.
Maar veel van deze planten zijn zomerbloeiers, en ook in de lente moeten onze gevleugelde vriendjes natuurlijk ook hun kostje bij elkaar zoeken. Om het nectarseizoen te vervroegen doe je er dus goed aan om ook een variatie aan lentebloeiers aan te planten: bloembollen!
Krokus, sneeuwklokjes, blauwe druifjes en winterkanoniet zijn allen prima keuzes hiervoor.
Mulchplanten
Mulchplanten zijn forse groeiers met grote bladeren. Die bladeren kan je gebruiken om af te snijden en ter plaatse te laten liggen (chop&drop). Zo voorkom je niet alleen ongewenste kruidengroei maar zo komt er ook nog extra organische stof in de bodem wanneer de bladeren langzaam verteren (horizontale compostering zoals bij het lasagnetuinieren).
Plaagwerende planten
Binnen de plaagwerende planten heb je drie groepen:
de aromatische planten
Schermbloemigen die nuttige insecten aantrekken
planten met actieve stoffen.
Onder de aromatische planten kunnen we de meeste kruiden zoals lavendel, salie, rozemarijn en oregano rekenen. Door de aanwezigheid van de etherische stoffen zullen de plantenetende insecten deze planten links laten liggen. Ook zou de sterke geur van deze planten de insecten op een dwaalspoor kunnen brengen zodat de meer vatbare planten beter gevrijwaard zullen blijven.
Schermbloemigen zijn planten die veel nuttige insecten zoals de sluipwesp en de gaasvlieg aantrekken. Wanneer je bijvoorbeeld op een scherm van een venkel, duizendblad of bereklauw kijkt zal je zien dat er zich een overvloed aan 6-potigen zich botviert aan de overvloed nectar die deze planten produceren. Sluipwespen en gaasvliegen zijn beiden predators van bijvoorbeeld bladluizen en witte vlieg.